Deze vroegbloeiende vasteplant uit het gebied tussen Noord-India, Afganistan en Nepal groeit graag in voedzame, vrij zware, vochtige tot natte grond. Boven de zich dan nog ontwikkelende, bronsgroene bladrozetten verschijnen vanaf april losse schermen helder-rozerode bloemen aan stevige stelen. Een uitstekende natte-oever- of moerasplant, mooi in groepen en in combinatie met varens en andere vochtminnende planten. Voor een plek in zon tot halfschaduw. Voldoende winterhard. Tijdens ‘kale vorst’ (zonder sneeuwdek) kan bescherming nodig zijn.
Menu