Deze rozetvormende, uit een penwortel groeiende vaste plant uit Europa, Noord-Afrika en Zuidwest-Azië heeft bladeren die, afhankelijk van ondersoort en groeiplaats, van volgroen tot groen met rode tot paarse nerven kunnen zijn gekleurd. Het is in de tuin zowel een decoratieve bladplant als eetbare groente. Ook de rechtopgaande bloeistengels kunnen groen tot bloedrood zijn. De pluimen met groene, stervormige bloemen verkleuren bruinrood. Na de bloemen volgen donkerbruine vruchten. De bladeren smaken zuur. Ze worden zowel vers als gekookt met mate gegeten. Voor een plek in lichte schaduw tot zon in vochtige, matig voedselrijke grond.
Menu